Zinktekort herkennen en aanpakken

dinsdag 29-maart-2022

In een eerder artikel kon u al lezen dat u zink preventief kunt gebruiken om de afweer te versterken. De rol van zink voor het lichaam is echter veel groter. Daarom diepen we in dit artikel het sporenelement zink nader voor u uit. Zo weet u na het lezen van het artikel veel meer over de functies van zink, waaraan u een tekort kunt herkennen en welke vorm u dan het best kunt inzetten.   

Het belang van zink voor de gezondheid

Zink is een essentieel spoorelement. In totaal bevat het lichaam 2-4 gram zink. Na ijzer is zink het meest voorkomende spoorelement in het lichaam [1]. Omdat het menselijk lichaam geen zink kan opslaan, moet het dagelijks onderdeel uitmaken van een evenwichtig voedingspatroon. Van nature komt zink voor in eiwitrijke voeding zoals (orgaan)vlees, noten, gevogelte en schaal- en schelpdieren. 

Sinds mensen meer afhankelijk zijn geworden van de landbouw en minder van jagen, vissen en verzamelen, is de zinkinname flink omlaag gegaan [2]. Dat kan gezondheidsproblemen opleveren omdat zink belangrijk is bij talrijke biologische processen.

 

Kent u deze belangrijke functies van zink?

Zink speelt een belangrijke rol binnen het immuunsysteem. Als mensen gedurende langere tijd een zinktekort hebben dan onderdrukt dit de afweerfunctie. Het is dus van belang om de zinkwaarden op peil te houden. Bij acute infecties, zoals een virale infectie, kan zinksuppletie bovendien uitkomst bieden. Zo is aangetoond dat zink de vermenigvuldiging van verkoudheidsvirussen remt en daardoor kunnen verkoudheden worden behandeld met zinksuppletie [3]. 

Zink wordt bovendien ingezet:

  • Ter bevordering van de wondgenezing
  • Bij de behandeling van acné
  • Om netvliesveroudering tegen te gaan
  • Bij verminderde vruchtbaarheid
  • Om de bloedglucosewaarden in stand te houden
  • Bij vermindering van smaak- en reukvermogen

Meer lezen over de toepassingen van zinksuppletie? Bekijk de monografie.

Wordt zink goed opgenomen?

Zink wordt via een passief en actief opnamemechanisme in het lichaam opgenomen. De absorptie van zink is efficiënter bij lage zinkinnames en als er een verhoogde lichamelijke behoefte is [4–6].

De biologische beschikbaarheid van zink wordt onder andere beïnvloed door hoe goed zink wordt opgenomen door het lichaam. Van nature komt zink vaak in eiwitrijke voeding voor, de biologische beschikbaarheid van zink in een eiwitrijke maaltijd is het hoogst. Met name dierlijke eiwitten zijn goed voor de opneembaarheid van zink [7].

Voedingsfactoren kunnen daar veel invloed op hebben. De opname van zink wordt bijvoorbeeld beïnvloed door fytaat, oxaalzuur en tanninen. Deze voedingsfactoren zijn in staat zich te binden aan zink waardoor het niet kan worden opgenomen door de darm [1, 2]. U vindt deze remmende voedingsfactoren in:

  • Fytaat: noten, zaden en vezelrijke granen
  • Oxaalzuur: groene groenten
  • Tanninen: onder andere (onrijp) fruit, groenten, cacao, koffie en thee

Dat betekent natuurlijk niet dat we deze voedingsmiddelen niet zouden moeten eten. Deze producten kunnen deel uitmaken van een gezond en gevarieerd voedingspatroon. De variatie in voedingsmiddelen biedt het lichaam voldoende mogelijkheid om zink op te nemen. Maar als iemand bijvoorbeeld vegetarisch eet, en dus meer noten, zaden, granen en groenten binnenkrijgt in verhouding tot dierlijke en eiwitrijke voedingsmiddelen, dan kan een zinktekort ontstaan. 

 

Zo herkent u een zinktekort!

Het lichaam is in staat om de zinkwaarden zelf goed te reguleren. Toch is het in het geval van tekorten in de voeding verstandig de zinkwaarden op peil te houden. Een tekort aan zink in de voeding kan namelijk een herverdeling van zink in cellen en weefsels veroorzaken. De lever, botten en testes kunnen dan zink verliezen om andere weefsels van zink te voorzien [6]. Daardoor zijn zinkniveaus in het bloed niet rechtlijnig met de zinkwaarden en is een zinktekort niet altijd makkelijk vast te stellen [8, 9]. Ernstig zinktekort bij kinderen kan leiden tot groeivertraging, verlies van eetlust en een verminderde afweerfunctie . Bij volwassenen zijn de symptomen van een zinktekort meer divers en een tekort is soms moeilijk vast te stellen. In de praktijk worden vaak huidaandoeningen, verminderde vruchtbaarheid, witte vlekken en lijnen op de nagels, een verminderde weerstand en haaruitval gezien [10]. Een goede indicatie van een zinktekort is bovendien een vermindering van het reuk- en smaakvermogen zoals dat bijvoorbeeld bij COVID-19 voorkomt [11].

 

Welk zinksupplement is het beste?

Soms is het nodig om lichaamseigen niveaus van zink aan te vullen. Zinkmethionine is daarvoor de meest geschikte vorm. Zinkmethionine is elementair zink gebonden aan het aminozuur methionine. Aminozuren zijn bouwstenen van eiwitten. Aangezien zink van nature voorkomt in eiwitrijke voeding en dus ook in onze voeding vaak gebonden is aan eiwitten, is dit een gunstige, natuurgetrouwe vorm van zink die beter wordt opgenomen door het lichaam.

Bij aminozuurgebonden mineralen is er geen sprake van mineralencompetitie. Bij de mineralencompetitie concurreren de mineralen in onze voeding om opname. Omdat zinkmethionine niet als mineraal wordt opgenomen maar via het aminozuurtransport, wordt het niet gehinderd door de andere mineralen in de voeding. Meer weten? Bekijk de monografie.

Methionine is een van de aminozuren die erg goed wordt opgenomen. Methionine is namelijk een essentieel aminozuur dat een sleutelrol speelt in veel processen en bijdraagt aan de normale eiwitsynthese. Methionine is het “startaminozuur”. Daarmee wordt bedoeld dat het lichaam altijd eerst methionine nodig heeft om een nieuw eiwit te kunnen maken. Daarom heeft het lichaam een voorkeur voor de opname van methionine. 

Bovendien bindt zink in een aminozuurverbinding niet aan voedingsfactoren als fytaat, oxaalzuur en tanninen. De opname van zink in een aminozuurverbinding wordt dus niet geremd door voedingsfactoren. De biologische beschikbaarheid van zinkmethionine is daarom hoger dan andere vormen [12].

 

Deze zinksupplementen gebruikt u liever niet!

Zinkverbindingen die minder goed worden opgenomen door het lichaam zijn bijvoorbeeld zinkoxide, zinksulfaat, zinkcitraat of zinklactaat [2]. Deze zinkvormen splitsen in de maag in ionen. De zinkionen kunnen binden aan voedingsfactoren die de biologische beschikbaarheid van zink verminderen. Zink dingt dan bovendien mee in de mineralencompetitie. De opname van zink in de vorm van deze zinkvormen is dus minder groot in vergelijking met zink in een aminozuurverbinding.

 

Kennis in de praktijk

Een tekort aan zink kan asymptomatisch verlopen omdat zink invloed heeft op zo veel biologische processen. Een tekort kan bijvoorbeeld ontstaan door een verhoogde behoefte van het lichaam, of een ontoereikende voeding. 

Als uw cliënt verhoogde behoefte heeft aan zink dan kiest u voor een supplement met zinkmethionine. Zinkmethionine bindt niet aan voedingsfactoren en lagere doseringen volstaan vergeleken met andere soorten zinksupplementen. 

Bij tekorten in het voedingspatroon kan dagelijkse suppletie met 15 mcg per dag volstaan. Bij verhoogde behoefte kunnen doseringen hoger oplopen van 45 tot 60 mg elementair zink per dag. 

Voor meer informatie over therapeutische toepassingen leest u meer in onze monografie.

Referenties

 

[1]          Rink L. Zinc and the immune system. Proc Nutr Soc 2000; 59: 541–552.

[2]          Solomons NW. Dietary Sources of Zinc and Factors Affecting its Bioavailability. Food Nutr Bull 2001; 22: 138–154.

[3]          Natura Foundation. Monografie zink. Numansdorp, https://www.naturafoundation.nl/kenniscentrum/monografie/105/zink (2022, accessed 15 March 2022).

[4]          Ziegler EE, Serfass RE, Nelson SE, et al. Effect of low zinc intake on absorption and excretion of zinc by infants studied with 70Zn as extrinsic tag. J Nutr 1989; 119: 1647–1653.

[5]          Sian L, Krebs NF, Westcott JE, et al. Zinc homeostasis during lactation in a population with a low zinc intake. Am J Clin Nutr 2002; 75: 99–103.

[6]          King JC, Shames DM, Woodhouse LR. Zinc homeostasis in humans. The Journal of Nutrition 2000; 130: 1360S-1366S.

[7]          Duan M, Li T, Liu B, et al. Zinc nutrition and dietary zinc supplements. Crit Rev Food Sci Nutr 2021; 0: 1–16.

[8]          Moran VH, Stammers A-L, Medina MW, et al. The Relationship between Zinc Intake and Serum/Plasma Zinc Concentration in Children: A Systematic Review and Dose-Response Meta-Analysis. Nutrients 2012; 4: 841–858.

[9]          Alpers DH. Subclinical micronutrient deficiency:  a problem in recognition. Curr Opin Gastroenterol 2012; 28: 135–138.

[10]        Essentials of human nutrition. Fourth edition. Oxford University Press, 2012.

[11]        Propper RE. Smell/Taste alteration in COVID-19 may reflect zinc deficiency. J Clin Biochem Nutr 2021; 68: 3.

[12]        Chien XX, Zafra-Stone S, Bagchi M, et al. Bioavailability, antioxidant and immune-enhancing properties of zinc methionine. Biofactors 2006; 27: 231–244.